Schriftelijke vragen over lichtreclame

Schriftelijke vragen over lichtreclame

Aan de begroting 2006 (behandeling oktober 2005) was een bezuinigingstaakstelling gekoppeld. Een van de maatregelen die toen vanuit het college werd voorgesteld, was de mogelijkheid van verhoging van de inkomsten met 50.000 euro per jaar door de invoering van lichtreclameborden.

Tijdens de behandeling van deze begroting op 27 oktober 2005 (zie bijlage notulen) heeft geen enkele fractie in de gemeenteraad iets gezegd over deze opbrengsten en over de wenselijkheid van de invoering van lichtreclame.

Informatie uit het collegevoorstel/besluit van 27 maart 2007 (bijlage)
Het voornemen om toestemming voor de lichtreclame te verlenen is gepubliceerd op 19 oktober 2006 en het plan heeft van 20 oktober 2006 tot en met 2 november 2006 ter inzage gelegen.

De welstandscommissie was toen van oordeel dat de reclameborden niet voldeden aan de redelijke eisen van welstand en dat het object niet voldeed aan de toen geldende welstandsnota. Inmiddels heeft aanpassing van de welstandsnota plaats gevonden.

Naar aanleiding van de inspraak wordt vastgesteld dat het maximale aantal te plaatsen borden wordt terug gebracht van 754 tot 526. Buiten de bedrijventerreinen zou het om 420 borden gaan. In het collegevoorstel/besluit wordt er vanuit gegaan dat van de 420 ongeveer 150 borden ook daadwerkelijk verhuurd zullen worden.

Daarnaast wordt besloten de bakken te voorzien van een schakelklok, zodat de verlichting in de nachtelijke uren en op zondag kan worden uitgeschakeld. 

Commissie Grondgebied 26 april 2007 (bijlage notulen)
Op 26 april 2007 (zie bijlage notulen agendapunt 10) wordt er op verzoek van de fractie van Pro’98 over gesproken in de commissie Grondgebied. 

De Christen Unie en het CDA vragen tijdens deze vergadering of er ook is gekeken naar alternatieven. De SGP vindt 526 lichtreclamebakken veel te veel en vraagt ze te beperken tot alleen bedrijventerreinen. Lijst 8 vindt dat het besluit moet worden terug gedraaid en Burger Initiatief maakt zich zorgen over de energiekosten. Pro’98 vindt dat het dorpsaanzicht wordt aangetast, vindt 526 bakken te veel en vraagt zich af waarom er 526 lichtreclamebakken worden vergund als er verwacht wordt dat er 150 verhuurd zullen worden. 

Alle partijen, behoudens de VVD, lijken dus niet erg gelukkig met het idee van de lichtreclamebakken te zijn. 

Collegebesluit 27 november 2007 (bijlage)
Op 27 november 2007 wordt een collegebesluit genomen naar aanleiding van de notitie reclamebeleid Barneveld. Het besluit wordt alleen ter kennisgeving aan de raad is gestuurd (zie ingekomen/uitgaande stukken van 14 december 2007 onder B4). 

Over lichtbakreclame wordt in dit besluit slechts een paar regels gewijd. De desbetreffende alinea eindigt met “De reclame-uitingen dienen aan enkele nadere voorwaarden te voldoen.” 
Uit dit collegebesluit blijkt niet welke “nadere voorwaarden” dat zijn. 

Citaat Barneveldse Krant, 8 november 2008 (bijlage)
Sinds afgelopen zomer schieten de reclamelichtmasten als paddenstoelen uit de grond. ,,We zijn tevreden’’, zegt Mirjam Miedema van Van Iwaarden Reclame, dat de masten beheert. ,,Mede doordat het vroeger donker is, neemt de vraag toe. De lichtbakken vallen nu meer op.’’

Tot eind vorig jaar was deze vorm van reclame maken alleen toegestaan op industrieterrein Harselaar en bedrijventerrein De Valk.

Volgens Miedema zijn er in totaal 866 palen, waaraan reclame mag hangen.
,,Het is niet goedkoop’’, geeft Miedema toe. ,,Maar voor dat geld ben je wel altijd zichtbaar. Alleen op zondag brandt de reclame niet. Dat is afgesproken met de gemeente.’’
——
Bovenstaande informatie brengt ons op de volgende vragen:

1.    Volgens de woordvoerder van Van Iwaarden Reclame in de Barneveldse Krant mogen er aan 866 palen lichtreclame hangen. Dit lijkt strijdig met het collegebesluit van  27 maart 2007 waarin wordt gesproken over maximaal 526 lichtreclameborden. Is de informatie van de woordvoerder van Van Iwaarden correct? En als dat het geval is, waarom is er voor uitbreiding van het aantal lichtreclameborden gekozen?
2.    Hoeveel lichtreclameborden zijn er inmiddels verhuurd?
3.    Waarom is er besloten om op zondag de lichtreclame niet te laten branden?
4.    In hoeverre is er sprake van horizonvervuiling en energieverspilling?
5.    Voor reclameborden die niet of direct bij de bedrijfslocatie zijn geplaatst, gelden hele specifieke regels. Onder andere dat ze geplaatst moeten zijn buiten de bebouwde kom, moeten verwijzen naar de bedrijfslocatie (300-500 meter) en dat ze niet geplaatst mogen worden bij kruisingen. Waarom gelden deze regels niet voor lichtreclame? 
6.    Waar kunnen we het besluit vinden langs welke wegen lichtreclame is toegestaan en langs welke wegen niet?
7.    Waarom is er, bij het collegebesluit van 27 november 2007, op geen enkele wijze rekening gehouden met de bijdragen uit de diverse fracties tijdens de vergadering van de commissie Grondgebied van 26 april 2007?

Met vriendelijke groet,

namens de fractie van Pro’98

Monique Rosbergen