Geplaagde wespendief als windmolenexcuus

Geplaagde wespendief als windmolenexcuus

Het gaat al jaren slecht met de wespendief op de Veluwe. Dat ligt niet aan windmolens, want die zijn er in dit gebied nauwelijks. Minder voedsel (insecten) door onder andere gewasbeschermingsmiddelen en het ontbreken van loofbossen zijn de grote boosdoeners. Nestelen in Veluwse naaldbossen schijnt de wespendief vooral bij gebrek aan beter te doen. Doordat er vijf broedpaartjes ontbreken, ten opzichte van de norm van honderd, heeft de Provincie Gelderland nu voorlopig een streep gezet door de eigen duurzaamheidsambities. 

Geen windmolens dus. Als we de rotorbladen negentig graden draaien en kijken hoeveel helikopterlandingsplaatsen zich nu al binnen een straal van acht kilometer van de Veluwe bevinden en hoeveel luchtvaartactiviteiten zonder problemen door de provincie en de gemeente Barneveld worden vergund, dan krijg je de indruk dat het wespendiefargument vooral politiek gedreven is. 

In maart staan de statenverkiezingen op de agenda en dan is het voor politici prettig om te kunnen zeggen dat windenergie voorlopig geparkeerd staat. Tegelijkertijd vliegen helikopters voor recreatief gebruik en defensie druk heen en weer boven de kopjes van de geplaagde en hongerige wespendief op de Veluwe en neemt het aantal vogelsoorten met 30% af bij twee graden temperatuurstijging. De provincie winkelt dus nogal selectief. Het wrange is dat de natuur en het klimaat en zelfs de wespendief, daarvoor de rekening gaan betalen.

Het college van Barneveld wrijft ondertussen in haar handen. De lastige discussie over windenergie mag nog even in de ijskast. Naast netwerkcongestie en landelijke milieunormen, vormt de wespendief nu een derde argument om verdere voorbereidingen te staken. Benieuwd of die milieunormen net zo zwaar wegen als de volgende helihaven zich aandient?

Arjen Korevaar